juni 2023      

  Nieuws over boeddhisme




Een van de "Batu Caves" in de buurt van de stad Ipoh in Maleisië (de andere grot is aan het daoïsme gewijd) heeft lange tijd een chinese bhikkhuni-gemeenschap gehad. Nu is dat anders, de grot is veranderd in een hinduïstisch heiligdom, met het standbeeld van Murugan, een Tamil-hinduïstische grootheid voor de deur, niet een boeddhabeeld zoals toeristen-informatie dat wil. (Moeroegan, g als in 'good')

In de tijd dat de bhikkhuni er nog woonden zagen ze zich genoodzaakt een vorm van kungfu te beoefenen, niet omdat ze als persoon aangevallen werden, maar omdat manschappen van verderop het op de rijst- en andere voorraden hadden voorzien, voorraden die de bhikkhuni hoe dan ook voor zichzelf moesten houden wilden ze het jaar een beetje redelijk kunnen doorkomen.

De vorm van kungfu die ze beoefenden wordt "wing chun" genoemd; zelfs in Manchester wordt het onderwezen.
Op de dag dat ik met collegae in Kuala Lumpur electrische apparatuur ging inslaan bleek de herinnering aan deze periode nog levendig aanwezig; een van de verkopers riep me een opgewonden "shall I learn you kungfu?" toe — tot mijn stomme verwondering, maar hij zal de film met ondergenoemde Michelle Yeoh gezien hebben.

In 1644 braken de Manchuriërs door de Lange Muur (Great Wall) en vestigden de Qing-dynastie. Boeddhisme in China moest ondergronds, en de Shaolin-tempel werd een toevluchtsoord waar de nu bekende verdedigingstechniek werd ontwikkeld. Het verhaal gaat dat de training van 15-20 jaar te lang duurde voor een bevolking die zich wenste te verdedigen. Daarom hebben, zo gaat de geschiedenis, de "Vijf Voorouders" de techniek zo gewijzigd dat het aanleren ervan werd teruggebracht tot 5-7 jaar. Die vijf voorouders, vier bhikkhus en een bhikkhuni vluchtten net op tijd voor een inval van de Manchuriërs, die werden geholpen door brandstichtende samenzweerders binnen de tempelmuren.

Het wing chun is een variant op de verdedigingstechniek van Shaolin. De bhikkhuni Ng Mui, cantonees voor het mandarin Wu Mei: "5 perziken", zo genoemd naar de perzikbloesem die 5 blaadjes heeft, ontwikkelde het wing chun, de verdediging voor vrouwen. Het is de actrice Michelle Yeoh geweest die de techniek in de rolprent Wing Chun bekend heeft gemaakt. De makers van de film hebben een potje gemaakt van de geschiedenis, maar tenminste de naam is blijven hangen.

Opvallend is dat Ng Mui, een generaalsdochter die abdis over een vrouwen-tempel op het terrein van de Verboden Stad in Beijing werd, haar kundigheid ontwikkelde binnen de muren van dat complex. Wat er aan boeddhisme beleden mocht worden was in die tijd de esoterische vorm die het Manchu-boeddhisme wordt genoemd.
Ondans haar binnen de muren van die dynastieke vestiging verblijven is Ng Mui bekend geworden als fel anti-Qing, het bewind dat die Verboden Stad liet bouwen. Dat op zich is uiteraard de bron geweest waarop het overigens verzonnen filmische verhaal werd gebaseerd. Bronnen zeggen dat we beter niets kunnen geloven van wat er in "Wing Chun" wordt vertoond, maar de onderliggende geschiedenis is toch die van "het "White Crane Kungfu", het "wing chun", Ng Mui's Shaolin versie die vandaag nog in China wordt onderwezen, aan vrouwen, hetgeen we op de beschikbare online fotosites zelden tegenkomen. Daar is het een vechtsport voor mannen geworden.

De naam "Wu Mei", 5 perziken, herinnert aan een paar regels van Bodhidharma, zijn "transmissie-verzen":

"Aanvankelijk kwam ik naar dit land (China)
om de dharma over te dragen en de verwarde mens te redden.
Wanneer die enkelbladige bloem haar vijf blaadjes ontvouwt
dan zal de vrucht vanzelf wel rijpen."


Dat dit Bodhidharma's woorden zijn geweest geloof ik dan weer niet. Hij kwam toch uit Tamil Nadu waar deze chinees-japanse versvorm onbekend is (spr.: tamil naadoe).




Nieuws over Boeddhisme is een productie van White Jade River, Instituut voor Boeddhisme.
De paginas bestaan sinds september 2004.
email: whitejaderiver@gmail.com / contactwjr@yahoo.nl

Stichting onder nummer 20138036.