|
■ Op 6 januari 2025, rond 1 uur in de middag, kwam het bericht dat Hamas bereid was 34 gegijzelde Israëliërs vrij te laten. Het zou de opmaat tot "een akkoord" zijn, in de bewoordingen van de franse wereldomroep.
Op 15 januari gaf Joe Biden een persconferentie waarin hij een 42-dagen wapenstilstand aankondigde, gerekend vanaf 19 januari, die dan gevolgd zou moeten worden door andere overeenkomsten van langere duur die niet alleen gegijzelden vrijheid zou verschaffen, maar ook zei hij dat de krachten die hij als vijand beschouwde met het bereiken van deze 2025-overeenkomst het onderspit hadden gedolven, of zouden delven.
Een dag later, 16 januari, liet Israël weten dat ze het akkoord niet zouden tekenen zolang Hamas niet aan iedere van hun voorwaarden zou gaan voldoen. Dit is een voorbode van een volgend hervatten van de moordpartijen na de 42 dagen; er zal altijd wel iets in het verdrag zijn waar Israël een excuus uit kan halen om door te gaan met de ingezette verjaging (Entlösung) van de Palestijnen van wat zij als hun grondgebied beschouwen.
Israël heeft tenminste voor een korte tijd geen smoes meer om Gaza schoon te vegen van wat er nog van de palestijnse bevolking over was. "Afslachten op industriële schaal" noemde Ashish Prashar, voormalig Midden-Oosten adviseur en strateeg voor Joe Biden het een paar weken eerder. Nu is hij woordvoerder namens een ngo in Brussel. Een andere observatie werd gedaan door de in Genève docerende Hasni Abidi. Deze merkte in dezelfde week op dat de VN geen onderzoek hoeft te organiseren over de situatie in het Nabije Oosten omdat er al ruim internationale wetgeving voorhanden is waar met name Israël aan gehouden zou moeten worden.
Eerder is ook hier gesteld dat het voor slachtoffers, zoals de joden dat zijn geweest, niet zo heel moeilijk is om dader te worden. Dat zien we dan nu ook in de genocide langs de boorden van de Middellandse Zee die, althans tot 19 januari, tot doel had de strook bij Israël definitief, met verwijdering van landsgrenzen, in te lijven. Hetzelfde zou dan gelden voor de West-Bank, en mogelijkerwijs de Sinaï, hetgeen in het laatstgenoemde geval een uitvalsbasis naar het zuidelijke deel van de Middellandse Zee zou garanderen. De haven van Eilat zou zeker gesteld worden. Het is moeilijk te geloven dat het huidige israëlische regime dat streven met het deze maand afgesproken staakt-het-vuren aan de kant heeft geschoven.
Hoezeer de joden in Europa doorheen de eeuwen te maken hebben gehad met verjagen uit de landen waar ze zich in zekere aantallen bevonden, bewijst een door een joodse instantie vervaardigd overzicht over dergelijke activiteiten in een land als Frankrijk, dat net als Duitsland vanwege een schuldig gemoed zodanig voor het Israël van vandaag in de bres is gesprongen dat het tot omgekeerde vervolging is gekomen van personen die de Palestijnen verdedigen en die als gevolg wordt verweten antisemitisch te zijn.
Voor wat betreft deze benedenbuur moet eerst bedacht worden dat voor de doorheen de eeuwen de vanuit het oosten en het zuiden geëmigreerde joden de diverse gilden gesloten bleven: geen in gilden georganiseerde ambachten, geen idem schutters, etc. Als gevolg vinden we tot op de dag van vandaag onder de joodse bevolking van west-Europa voor het merendeel de zogenoemde vrije beroepen: die in de medische sector, de kunsten, de juristerij, de handel, het bankieren. Dat laatste is belangrijk geworden: een gezeten bevolking is niet in staat gebleken jaloezie en afgunst jegens het materieel geslaagde deel van de joodse bevolking in te zien en recht te zetten. Daarbij kwam een vanuit de kerk gevoelde concurrentie (lange tijd was er slechts sprake van het katholicisme; het protestantisme kwam pas aan de orde met het uittreden van Luther). Vanuit die gezinning werd de verschillende gekroonde heren aangeraden korte metten te maken met een geloof dat dan wel aan de wortel van het christendom ligt, maar dat men niet dankbaar als aartsvader wenste te erkennen. De redenen daarvoor zullen theologen kunnen uiteenzetten. De claim dat alleen het joodse volk "uitverkoren" zou zijn zal daar zeker in meespelen.
In het afgelopen jaar 2024 werd aanvankelijk gesteld dat de joodse bevolking 14 keer Frankrijk was uitgejaagd. In december 2024 klonk het dat het "slechts" 11 keer was geweest. Het vanuit het jodendom samengestelde overzicht spreekt van 13 uitzettingen waarbij 2 keer 2 heel kort achter elkaar plaatsvindende incidenten telkens tot 1 worden gerekend.
Het populaire verhaal gaat dat het de koning Lodewijk IX was, "Saint Louis", die de eerste uitzetting beval. Het genoemde document noemt hem echter als vierde.
In 1240 worden de joden uit Bretagne verjaagd door Philippe Auguste. Hier was expliciet sprake van religieuze vervolging: de overheid organiseerde "het proces van de talmud".
In 1254 en 1271 vindt dan de 4e uitzetting plaats door bovengenoemde Louis IX. Hij krijgt daartoe de expliciete opdracht van de toenmalige paus. Dus eveneens een religieus geïnspireerde actie.
In 1291 verjaagt de franse koning de joden uit de gebieden Poitou en Saintonge en legt hen daarbij een "taxe d'expulsion" op, een belasting die hem "60.000 doornikse ponden" oplevert.
In juni 1306 jaagt koning Filips de Schone zo'n 100.000 joden het rijk uit. Bij die gelegenheid worden de uit Engeland gevluchte joden uit de stad Carcassonne gejaagd, "want ze hebben (daar) niets (geen bezittingen) meer." Al in 1189 en 1190 gingen Britten op kruistocht en vonden het nodig om eerst de joden in eigen land te vervolgen. In 1290 vaardigde Edward de 1e het "Edict of Expulsion" jegens de ca 3000 joden uit. De kerk verbood de christelijke handelaren en bankiers rente te berekenen. Ze waren niet in staat de joden onder diezelfde kerkelijke wet te brengen. De gezeten bankiers voelden hier oneerlijke concurrentie. In dit paper wordt verder uiteengezet wat de aanleiding voor de 1306-maatregel was.
In 1322 gaat Filips de Lange op kruistocht vanuit de Mont St. Michel — zo dicht op het Engeland dat een of meer Mt. St. Michel-achtige rotsen voor de kust heeft liggen, en laat op doortocht door Parijs mar vast alle joden over de kling jagen. Ook hier speelde dus een opvatting over religie. En wat opvallend is, is dat joden en moslims in en buiten Palestina over een kam geschoren werden. Het is niet onmogelijk dat ook hier het rente-verhaal een rol speelde: de islam heeft een regel die rente-rekening verbiedt.(1)
In 1349 werden de joden in Nederland verantwoordelijk gesteld voor de uitbraak van de pest in steden zoals Zutphen, Arnhem, Nijmegen en Utrecht.
België als zelfstandige natie bestond nog niet, maar in de middeleeuwse geschriften van Jacob van Maerlant en Lambertus van Sint-Omaars worden anti-joodse uitingen aangetroffen. Dit document gaat specifiek in op het 13e-eeuwse Brugge: "joden in Brugge (konden) geen huizen of grond bezitten, geen openbare functies bekleden, geen lid zijn van een of ander ambacht of broederschap (gilde)".
In Antwerpen brak in 1348 ook de pest uit. Ook hier werden de (ashkenazim) joden als schuldigen aangewezen. Er is niet bekend of er een overheidsmaatregel tegen hen werd uitgevaardigd, maar ze sloegen in groten getale op de vlucht.
In september 1394 herhaalt Karel VI de actie van 1306, en laat alle bezittingen in beslag nemen. Gevangen genomen kinderen worden gedwongen gedoopt.
In 1491 en 1501 is er sprake van Lodewijk XII. Hij schrijft in 1491 een "edict van expulsie" dat in 1500 en in 1501 nog eens zal worden gehanteerd. Waar Spanje sinds 1492 gesloten is voor joden vertrekken in 1501 de meesten naar Noord-Afrika en naar Palestina. Tijdens de Kruistochten vochten de joden samen met de moslims voor het behoud van Palestina. Dat zal in later eeuwen kwaad bloed hebben gezet bij kruisvaarders en hun supporters en nazaten. In Spanje waren het Ferdinand en Isabella die het "Alhambra Decreet" uitvaardigden, dat in een tijd waarin een eind kwam aan het zogenoemde moorse bewind, weliswaar minus de streek van de Pyreneeën, waar we het Roelandtslied aan te danken hebben. Meer precies gezegd, het was voor de joden en moslims een keus uit drieën: bekeren, de dood, of verdwijnen. De geschiedenis over de Middelburgse synagoge staat hier. De komst van de sefardische joden daar was een rechtstreeks gevolg van de spaanse maatregelen. Ze werden al snel gevolgd door ashkenazim uit het oosten.
In 1615 vindt een verjaging plaats die bekend is komen te staan als "de absurde". Op straffe van gedood worden en/of inbeslagname van alle bezittingen krijgen de joden in april een maand de tijd om hun valiezen te pakken.
In 1683 beveelt Lodewijk de 14e dat de joden de franse Antillen hebben te verlaten. Hij bevestigt dat nog eens in 1685 met een "Zwarte Code".
In 1724 verjaagt Lodewijk XV de joden uit Louisiana, dan nog frans territorium, nu deel van de VS. Hij hanteert daarbij het edict uit 1683.
In 1884, 1887, en in 1898 zijn er in Algerije anti-joodse opstanden. In 1894 wordt er een "socialistische anti-joodse liga" opgericht die zal leiden tot de Dreyfuss-affaire. Soortgelijke affaires vinden in 1925 in Oran plaats, en in 1933 onder aanvoering van de voormalige priester Gabriel Lambert.
Op 30 oktober 1940 plaats de met Hitler collaborerende generaal Pétain de joodse bevolking buiten de wet. In 1941 beginnen de eerste deporaties naar de kampen in Duitsland en Polen.
Hoe tragisch ook, we moeten ons toch de vraag stellen hoe het komt dat de joden in Europa toch telkens weer negatief in de publieke belangstelling kwamen. Ergerde men zich aan de sabath op zaterdag? Ergerde men zich aan het succes in bankieren en zakendoen? Ergerde men zich aan het al te vaak vermelden van religieuze afkomst, opvattingen, en gebruiken? Wat "de straat" er van vond vinden we helaas nergens. Le Roy Ladurie heeft weliswaar een vorm van geschiedschrijving over de burgerij geïntroduceerd, maar dat is niet echt trendsettend geworden. Wat dat betreft is het eerder de journalistiek, dus inclusief tv-zenders, geworden die deze taak op zich heeft genomen. En zo hebben we voor het scherm zittend meegemaakt hoe een oorlog er uit ziet? En, beviel het?
Als naschrift
"En 2017, peu après son élection à l'Élysée, le président Emmanuel Macron déclara que l'antisionisme constituait "la forme réinventée de l'antisémitisme." (In 2017, kort na zijn verkiezing tot het Élysée, verklaarde president Macron dat het anti-zionisme "een hernieuwde vorm van anti-zionisme" is.)
Zo citeerde Le Monde Diplomatique van de 3e week van januari hem. Het "Diplo" nummer is geheel gewijd aan dit thema.
(1) De islam, jonger dan het christendom, lijkt aanvankelijk de christelijke opvatting over rente te hebben overgenomen. Het zal dan onder druk van joodse concurrentie zijn geweest dat de christenen in Europa het kerkelijke rente-verbod hebben afgeschaft.
Naslaan in het klassieke Sanskriet en het Pāli levert op dat het woord rente (interest) in het Sanskriet voorkomt in het woord apra-yukta: niet onder rentebeding uitlenen, en in kalā: rente op kapitaal. In het Pāli vinden we de term Anu-pari-sàkkana: handel drijven met rente (als component), en udaya: rente. Ook vaddhi heeft de betekenis van rente, terwijl vodāya heel specifiek "uitlenen tegen rente" betekent.
De redelijk vroege kerk en de islam onderscheidden zich hier van de overige grote levensbeschouwingen. Dat zal in de tijd waarin deze conflicten speelden niet zo zijn opgevallen omdat vanuit Europa de rechtstreekse, een-op-een handelsbetrekkingen met Azië tot de late middeleeuwen of de renaissance beperkt, zoniet afwezig zullen zijn geweest. De handels-routes waren opgedeeld in stadia waarbij de ene handelskaravaan de waren doorverkocht aan de volgende, enzovoorts.
|
|
|
|
|
|
Nieuws over Boeddhisme is een productie van White Jade River, Instituut voor Boeddhisme.
De paginas bestaan sinds december 2004.
|
Stichting onder nummer 20138036.
|
| |