|
■ The Statesman liet in een korte video zien hoe theravāda-monniken voor 's-lands president het gebruikelijke vers reciteerden waarin de aanwezigen alle heil en voorspoed wordt gewenst. Wat de aanleiding voor het bezoek was, werd niet gemeld.
De Pāli-tekst:
Bhavatu sabbamańgalaṁ, rakkhantu sabbadevatā,
Mogen alle veelbelovende zaken de uwe zijn, mogen alle deva met u zijn,
sabba-Buddhānubhāvena sadā sotthī bhavantu te.
moge de kracht van alle boeddhas u voor altijd veiligheid geven.
Bhavatu sabbamańgalaṁ, rakkhantu sabbadevatā,
Mogen alle veelbelovende zaken de uwe zijn, mogen alle deva met u zijn,
sabba-Dhammānubhāvena sadā sotthī bhavantu te.
moge de kracht van de dhamma u voor altijd veiligheid geven.
Bhavatu sabbamańgalaṁ, rakkhantu sabbadevatā,
Mogen alle veelbelovende zaken de uwe zijn, mogen alle deva met u zijn,
sabba-Sańghānubhāvena sadā sotthī bhavantu te.
moge de kracht van alle boeddhas u voor altijd veiligheid geven.
Luister naar de recitatie en hoor bovenal het "bhavàntu té".
Het is een laat vers, alleen al daarom omdat Boeddha zijn monniken nooit een vers zou hebben laten onthouden waarin hijzelf en al zijn voorgangers en opvolgers in de derde persoon worden opgevoerd. Bovendien hielden zijn tijdgenoten-monniken het bij het aanroepen van hun leider (Boeddha) en zijn Leer. Ze gingen nog niet zover om zichzelf als groepering in the picture te zetten.
Niettemin is dit vers een voorbeeld van alle boeddhistische recitaties: de aangesprokenen, en de rest van de wereld, wordt het beste gewenst. Zoiets als "de vijand" komt in die recitaties niet voor. Dat vormt het karakter van de toegewijde boeddhist: herhalen is intenaliseren.
■ Zo geschrokken is India van het bericht van vorige maand waarin de al eerder getrokken conclusie werd herhaald dat 's-lands Sanskritisten niet over boeddhisme kunnen schrijven/oordelen omdat ze noch het Hybride Sanskriet, noch het Pāli beheersten, resp. beheersen, dat een van de nationale kranten een federaal minister aan het woord heeft gelaten over het onderwerp.
De heer Àshwini Vaishnav liet weten dat er in India nu (officieel erkend) "11 klassieke talen" zijn. Onder die talen worden gerekend het Márathi, het Pāli, het Prakrít, het Assamees, en het Bengaals. Eerder vond de regering het al goed dat er de volgende talen zijn die gesproken en onderwezen mogen worden: het Tamil, het Sanskriet, het Telúgu, het Kànnada, het Maláyalam, en het Óriya ("Orissaans").
Uiteraard zegt dat nog niet veel omdat een paar van deze talen, ondanks dat hindu-geleerden aandringen op het onderwijs van het klassieke Sanskriet aan scholen, zogenaamde dode talen zijn. Dat wil zeggen dat je het Pāli en het Prakrít wel kan erkennen, maar niemand spreekt en schrijft nog in die talen, althans in gewoon dagelijks onderling contact. Dat is geen verwijt. Het is eenvoudigweg een constatering. Zoals het gaat met volkeren ― ze sterven uit, welke dan ook ― zo gaat het ook met talen. Beetje bij beetje worden ze vervangen door andere taalsystemen, en hier en daar vinden we dan nog sporen van de "dode taal" in de "levende".
In India zelf betekent het erkennen van Pāli en het Prakrít dat ze op universiteiten e.d. onderwezen mogen worden zonder dat een ministerie van onderwijs op zijn achterste benen gaat staan.
■ Minister Kiren Ri-dji-dju (Kiren Rijiju), zo meldde de Times of India op 14 oktober, was in Nashik aan de westkust van de taartpunt om daar aan te kondigen dat de federale regering hulp heeft toegezegd voor de bouw van een boeddhistische vihāra. Een jaar eerder was op de uitgekozen plaats al een bodhiboom geplant en er was sprake van "Ashoka Vijaya Dashami", zie onder.
Omdat het hier over het planten van een bodhiboom gaat, mogen we aannemen dat de nieuw te bouwen vihāra een srilankaanse zal zijn, al dan niet in samenwerking met het navayāna.
In een sterk sektarisch bericht lezen we dat Asoka bevorderd zou hebben dat genoemd "Ashoka Vijaya dashmi" gevierd zou worden als de dag waarop Kálinga (Odisha) viel, en dat zou dan moeten zijn op "Dussehra-dag", de dag voor de hindugodin Durga die zo'n nadruk op de scheiding tussen goed en kwaad zou leggen dat er op haar feestdag bloed moet vloeien, inmiddels dat van bij voorkeur geitjes, niet meer van mensen. Die feestdag viel op de dag van Rijiju's bezoek aan Nashik waar het nog enigszins vroege boeddhisme ooit tenminste 1 grot heeft uitgehouwen.
Wie een beetje ingevoerd is in het boeddhisme weet dat dit verhaal over een samenvallen van Asoka's overwinning en Dussehra een dikke onwaarheid is; nooit zal enige boeddhistische stroming dierenoffers brengen aan wie of wat dan ook. Ook Asoka (of Ashoka), vanaf die val van Kalinga overtuigd geweldloos, zal een dergelijk gebeuren nooit hebben toegestaan — mocht er toen al sprake zijn geweest van dat Durga-festival, en dat is de vraag.
En voor wat betreft het "goed over kwaad", bij gebrek aan goede en voldoende leraren is dat idee er in bepaalde streken waar het boeddhisme aangehangen wordt door anderen ingestampt, niet alleen door het hinduïsme, maar ook door bv. het confucianisme, en, veel later, door het christendom en de islam. Zoals hier eerder is gesteld hebben wij het niet over goed en kwaad maar over onwetend vs. wijs.
|
|
|
|
|
|
Nieuws over Boeddhisme is een productie van White Jade River, Instituut voor Boeddhisme.
De paginas bestaan sinds december 2004.
|
Stichting onder nummer 20138036.
|
|
| |