Inspiratiebron voor de Enkel Bewustzijn-trend
"Ze [de bodhisattvas] zouden nauwgezet moeten schouwen, en realiseren dat alle dingen je eigen geest zijn; ze zouden zich nergens aan moeten hechten, en [gewapend met de verworven kennis] zullen ze de Stadia van de Bodhisattvas binnengaan, en daar met vastberadenheid voortgaan."
Met deze woorden in gedachten hebben de denkers van de Enkel Bewustzijn-trend - beoefenaren die ook wel yoga-carin genoemd worden - de Yogacara-gedachte verder uitgewerkt.(1)
De Avatámsaka Soetra borduurt hier op voort of verwijst er naar als veld van oefening.
In boek 38 wordt het grondthema van deze yogin nog eens expliciet herhaald. Daar staat,
"... wetend dat alle levende wezens essentieloos zijn; wetend dat alle levende wezens slechts door het denken overeind worden gehouden; ....
In het jaar 148 bracht de immigrant-monnik Anshi-gao, een Parth, een paar nieuwe teksten China binnen waaronder de Ana-pana-sati sutta, de Leerrede over de meditatie op de in- en uitgaande adem bij de punt van de neus, die mede gestalte zou geven aan de de Yogacara-trend.
Het zou volgens de academicus Roger Zim dan nog tot de vierde eeuw duren voordat er in India, of in het Zijderoutegebied ten westen van China, een echte yogacara-trend zou ontstaan als een "uitgroeisel" van het Madhyāmaka-denken, een van de belangrijkste sub-tradities.
We zijn zo vrij in ieder geval Zim's tijdslijn in twijfel te trekken.
In China is deze gedachtengang bekend geworden als Fa Xiang (Dharma-kenmerk) of Wei-shih (Enkel Bewustzijn).
De Avatámsaka Soetra een ontstaansdatum geven zou van grote roekeloosheid getuigen, maar jonger dan de derde eeuw westerse jaartelling zal ze niet zijn. Dat wil zeggen dat er vóór het jaar 148 al een meer of minder grote groep beoefenaren moet zijn geweest die met Anshigao's woorden in gedachten zijn gaan cultiveren en zekere resultaten hebben bereikt.
Waarom Anshigao dan zo nodig naar het oosten wilde reizen zal wel altijd een onbeantwoorde vraag blijven. Het is mogelijk dat hij een succesvolle trend verdere uitbreiding wilde geven, maar deze veronderstelling blijft een veronderstelling.
Noot
(1) Er is ook een Yogacarabhumi-shastra, vervaardigd door Ásanga. Deze shastra wordt gehanteerd door de hedendaagse beoefenaren van en onderzoekers naar de Enkele Bewustzijn-trend.
Naar de tweede kolom
|
|
"En verder, wanneer bodhisattvas zich in het eerste stadium bevinden, zouden ze zorgvuldig alle principes ervan moeten onderzoeken, en de kennis die er betrekking op heeft. Ze zouden de ontstaansgronden die daar worden gecultiveerd in ogenschouw moeten nemen; ze zouden de resultaten moeten onderzoeken, de sferen [of werkingsvelden], de functies, de manifestaties, de onderscheidingen [of onderscheiden dingen], en dat wat er verworven wordt."
Deze woorden gaan juist vooraf aan de links geciteerde regels.
Het is mogelijk dat velen de hier genoemde stadia identificeren met ofwel de Tien Stadia van boek 26, ofwel met de Tien Verblijfplaatsen van boek 15. Dat lijkt in het licht van de verwijzing naar de Enkel Bewustzijn-trend niet waarschijnlijk.
Wat we hier moeten begrijpen is dat de Avatámsaka-beoefenaren van boek 18 Anshigao's werk in tienen hebben onderverdeeld, en in hun beschrijving van de te volgen praktijk verwijzen naar déze tien gronden, grondvesten, of stadia, en niet naar de andere.
De eerw Hsing-kong(1), die een studie deed naar het begrip samskāra, samenstellen, zegt dat Anshigao en zijn discipelen nog niet werkelijk een onderscheid maakten naar soorten bewustzijn of functies van bewustzijn zoals dat later wel werd gedaan — tot een mate waarin het niet meer mogelijk is bepaalde teksten in het Nederlands te vertalen omdat het bij ons wel zo'n beetje ophoudt bij 'geest', 'bewustzijn' en 'denken'.
Maar, zegt de eerwaarde, Anshigao zegt heel expliciet dat het bestaan van of in de wereld [niets anders dan] gedachte is, of wilshandeling [in de geest], en dat het in het engels vertaald kan worden met 'mind'.(2)
Daarin staat Anshigao dan nog met beide benen in de vroege Hinayāna-tradities waar de verschillende benamingen voor bewustzijn of functies van bewustzijn ook at random worden aangeduid met nu eens manas, dan weer citta enzovoorts.
Anshigao, vervolgt de eerwaarde, definieert samskāra uitdrukkelijk als het in functie zijnde bewustzijn dat goed en slecht karma vergaart en dat overal in doordringt.
Noten
(1) ccbs.ntu.edu.tw/FULLTEXT/JR-AN/an19-115.htm
(2) De Lankāvatāra Soetra is grotendeels een uiteenzetting van de Enkel Bewustzijn-trend. Zie hiervoor onderandere Lankāvatāra soetra 4, toel. bij 58
Aan het eind van boek 18 mogen we dan misschien concluderen dat de boeken 13 tot en met 18 - zoals ook al eerder werd gesuggereerd - een weerslag zijn van de vroegste Mahāyāna-praktijk, net voorbij de vroege tradities die met Hinayāna worden aangeduid, maar nog niet zo heel erg veel verder.
|