Wat zegt Jezus, of God, volgens de christelijke bijbel? "Laat de kinderkens tot mij komen". En wie nog meer? De armen en onderdrukten, natuurlijk. Wanneer de vanuit Europa uigewaaierde wereld dan ook kijkt naar Mahátma Gandhi en ziet hoe hij het opneemt voor bevolkingsgroepen in India die het verre van voor de wind gaat, dan applaudiseert de hele gemeenschap. Dat begrijpen we, dat waarderen we, dat is net als wij, en dat is goed. En het is ook goed, daarover geen misverstand.
De datum van 2 oktober, Gandhi's geboortedag, is al snel na zijn dood door de Congress-partij, waar Gandhi lid van was, aangegrepen als nationale herdenkingsdag voor deze van oorsprong jurist die een grote bijdrage heeft geleverd aan het dekoloniseren van India, of althans toch aan het doen postvatten van een verscherpt nationaal bewustzijn dat tot onafhankelijkheid van het land heeft geleid. "Congress", zoals het kort wordt genoemd, meende met het instellen van deze herdenking tevens de "onaanraakbaren" aan zich te kunnen binden die door Gandhi waren herdoopt in "Haari-djan" (schrijf: Harijan), kinderen van god, of kinderen van het goddelijke, of goddelijke kinderen — hoe men het ook wil interpreteren.
Die naam Harijan zou onder de "onaanraakbaren" nooit echt ingang vinden. Ze werd door Ambedkar vervangen door de benaming "dalit" hetgeen letterlijk "gebroken/in stukken" betekent. Daarmee werd de bevolkingsgroep van dan af aangeduid; ze wilden die aanduiding ook zelf. Al vóór 1935 gebruikte de britse kolonisator deze benaming, en B.R. Ambedkar (14 April 1891 - 6 December 1956), zelf dalit, maar uit de Mahàr, een sub-etniciteit die het toch ietsje beter had dan vele anderen, zou deze betiteling overnemen als wapen in de strijd voor gelijkberechtiging: zo moeilijk hebben wij het; we zijn als het ware gebroken (maak ons heel door gelijke burgerrechten toe te kennen!).
Het was op dit thema van kaste dat Gandhi en Ambedkar, hoewel toch allebei op de bres voor India's onafhankelijkheid, het beslist niet met elkaar konden vinden, zie het in 2011 op Youtube geplaatste interview dat in 1955 werd opgenomen en uitgezonden door de BBC. Ambedkar was toen al ziek en zou een jaar later, in december overlijden. Een commentator bij de bovengenoemde video meent zelfs dat Gandhi bang was van Ambedkar: grote man, niet op zijn mondje gevallen, door alle wateren gewassen en daardoor gehard in zijn strijd op het thema kaste. Gandhi met zijn iele gestalte, kleine stem, en op dat punt van kaste voorzichtige denker kon daar niet tegen op.
Hoezeer Gandhi op een nogal erg verheven voetstuk is geplaatst blijkt uit de online geplaatste biografieën. Met name de redacteur van de wikipedia-pagina houdt de pagina gesloten voor commentaren, aanvullingen of correcties. Zo'n correctie zou gemaakt kunnen worden bij de passage over de twee "Round Table Conferences" die ook bekend staan als de Puna (of Pune)-besprekingen. Dit waren twee in 1929 begonnen rondes besprekingen tussen leiders van maatschappeijke bewegingen, onder wie Ambedkar en Gandhi, die op 24 september 1932 zouden leiden tot het ondertekenen van het "Pune Pact". Daarin stond dat de onaanraakbaren (voorheen harijan, nu dalit) burgerrechten zouden worden toekend (zodra India onafhankelijk zou zijn). Gandhi was bij de eerste besprekingsronde niet aanwezig, zo meldt Ambedkar in het BBC-interview, maar wel bij (een deel van) de tweede, waarna Gandhi, die in de gevangenis was geraakt, de overeenkomst ook in de gevangenis tekende waar hij een hongerstaking was begonnen als gevolg van voorstellen om de "scheduled castes" ieder hun eigen electoraat toe te kennen. Daarover waren beide mannen het niet eens: Gandhi was er tegen, Ambedkar was er voor. Ter ondertekening van het eindresultaat van het "Pune Pact" bezocht Ambedkar Gandhi in de gevangenis, met de nodige papieren in de hand. Daar was het, meer dan op andere momenten, dat er, om het kort te houden, op het punt van dalit een soort scheiding der geesten viel waar te nemen.
Voor een goed begrip, in het BBC-interview, het deel dat hier niet in vertaling is weergegeven, is sprake van een drietal kranten of tijdschriften die door Gandhi en de zijnen werden gevuld. Daar waren het engelstalige "Young India", en het "Harijan". Het laatste werd opgericht in 1933. En dan was er nog een in het Hindi geredigeerd blad dat in Gandhi's geboortestreek Goedjaràt (schrijf: Gujarat) uitkwam waarvan Ambedkar zich de titel niet kon herinneren. Hij noemt de naam Dean Bundle en gaat er abusievelijk van uit dat dit de naam van het blad was. Dean Bundle kan echter de naam van een academicus zijn geweest die mogelijk Gandhi's blad financierde. De naam wordt in verband gebracht met het boek "Travels To Northern India: Agra, Jaipur & New Delhi".
Ambedkar vergeleek hetgeen Gandhi in zijn engelstalige bladen schreef met het blad in het Gujarati/Hindi en constateerde "double-dealing". Wat Gandi in de engelstalige bladen schreef werd, zo meende Ambedkar, met instemming begroet door "het westen": oppositie tegen het kastestelsel en het voorstaan van (westerse) democratie. Ambedkar meende echter dat in Gandhi's tijdschrift in het Gujarati (spreek: goedja-ráti - 'g' als in 'good') de ware man tevoorschijn kwam die erg "orthodox" was, en in principe helemaal niet zo tegen het kastesysteem zolang de onderste laag van de maatschappij het maar beter zou krijgen.
Het laatste deel van het interview met Ambedkar is voor deze kolommen meer van belang dan het eerste. Beluister het hele interview op het Youtube-file, en zet zonodig de engelstalige ondertiteling aan, hoewel Ambedkar heel duidelijk en helder sprak. Vergeet ook niet dat ook Gandhi niets méér wist van het boeddhisme (en het djaïnisme waar hij zijn absolute geweldloosheid uit leende) dan leden van de andere wat hogere kasten: ze hadden er van gehoord; het moest voor hen over vrede en sociale gerechtigheid gaan, daar gebruikten ze de figuur van Boeddha voor; ze spraken er soms met gezwollen stem over ... en kletsten maar wat raak. Dat Gandhi dan door sommige boeddhisten als rolmodel wordt gezien moet kunnen, maar een boeddhistisch rolmodel was hij niet, houden we dat even voor ogen.
-- De interviewer:
Wat waren dan zijn [Gandhi's] ware intenties met betrekking tot de "Scheduled Castes" [buiten-kaste volkeren] in die hele structuur?
-- Ambedkar:
Nou, ziet u, hij wilde alleen maar [.. zwijgen, aarzelen..] Er zijn twee dingen met betrekking tot de Scheduled Castes: we willen dat onaanraakbaarheid wordt afgeschaft [hij sprak in 1955!], maar we willen ook dat hen gelijke kansen wordt gegeven zodat we hetzelfde niveau kunnen bereiken als de andere klassen [binnen de maatschappij]. Alleen maar die onaanraakbaarheid wegspoelen heeft amper zin. Ziet u, we hebben die onaanraakbaarheid de laatste 2000 jaar meegedragen en niemand zat er mee. Ja, er zitten gebreken aan die erg schadelijk zijn geweest, bijvoorbeeld wanneer mensen geen water kunnen putten, en mensen — ik heb u geleerd dit te zien — geen andere manier van de kost verdienen kunnen aannemen [dan putjesschepper e.d.]. Maar andere dingen zijn veel belangrijker, namelijk dat ze in het land dezelfde status als anderen zouden hebben, en dat ze in staat zouden moeten zijn hoge posten te kunnen bekleden opdat ze niet alleen in waardigheid stijgen, maar dat ze ook, zoals ik dat wil noemen, strategische posities kunnen innemen van waaruit ze hun eigen volk bescherming kunnen bieden. De heer Gandhi was daar helemaal tegen, helemaal tegen.
-- De interviewer:
Hij was tevreden met dingen als tempel-toe...
-- Ambedkar:
Tempeltoegang, dat was alles wat hij wilde doen, hetgeen iets is [.. zwijgen, aarzelen..] Niemand [onder de dalit] geeft iets om die tempels. [... 2 onafgemaakte zinnen ...] Hij [Gandhi] was zo onbewust van het feit dat tempeltoegang er totaal niet toe doet. Je leeft hoe dan ook in de onaanraakbaren-buurt of je nu naar de tempel gaat of niet. Mensen zeiden bijvoorbeeld dat er een tijd is geweest dat mensen [dalit] niet met de trein mochten reizen vanwege die onaanraakbaarheid [bezoedeling]. Maar vandaag geeft niemand daar meer om want de spoorwegen maken toch geen aparte regelingen [voor verschillende bevolkingsgroepen]. ... Maar wanneer men uit de trein stapt, stappen mensen [de hogere klassen] ook weer in hun oude kleren [oude discriminerende gewoonten].
-- De interviewer:
Dus u zegt dat Gandhi een orthodoxe Hindu was?
-- Ambedkar:
Ja hij was absoluut een orthodoxe Hindu.(1) Hij was nooit een hervormer(2). Hij bezat hoegenaamd geen dynamisme(3). Al dit gepraat over over onaanraakbaarheid had alleen maar als doel hen de Congress-partij binnen te trekken. Dat is één. En ten tweede wilde hij dat de onaanraakbaren zijn "Bharat-beweging" niet zouden dwarsbomen.(4) Ik denk dat hij hieraan voorbij geen ander werkelijk motief had, of een streven tot verheffing [van de dalit/onaanraakbaren]. [De hierna volgende laatste zin gaat over de amerikaanse geschiedenis en voegt niet veel toe.]
Ook Jay Lakhani is niet helemaal blij met de nalatenschap van Gandhi. In een op 1 juli 2016 online gezette video, een toespraak te Eton in het Verenigd Koninkrijk, meent hij dat ter gelegenheid van de onafhankelijkheidsbesprekingen Gandhi voet bij stuk had moeten houden toen de scheiding van India aan de orde kwam: een hindu-meerderheid, nu in India zelf, en een moslim-meerderheid, nu in Pakistan en Oost-Pakistan/Bangladesh. Hij merkt op dat India en Pakistan onmogelijke porties van hun overheidsbudget uitgeven aan bewapening om elkaar te kunnen bestrijden, als dat nodig is. Een tweede vergissing die Gandhi maakte, zegt dezelfde spreker, is dat hij Nehru nooit de gelegenheid had moeten geven om staatshoofd te worden. Nehru heeft het er niet goed afgebracht, zo meent hij.(5)
(*) Bij de inzet: "Het kan toch niet zo zijn" is in Nederland als germanisme (Es kann nicht sein) in het 21ste-eeuwse parlementaire spraakgebruik terecht gekomen en van daar uit overgenomen door de spraakmakende gemeenschap.
(1) Bij zijn dood riep Gandhi de naam van de hoofdpersoon uit de Ramayana, een van de hindu-epen, aan: Ram, Ram!
Kringen in India menen dat zijn "root guru" een zekere Shrimad Rajchandra (srimaad radj-chàndra) was, alhoewel deze asceet een jaīn was en geen hindu. Laten we het er op houden dat deze asceet een, maar niet de enige inspiratiebron van Gandhi is geweest.
(2) Ambedkar suggereert hier dat een hindu geen hervormer zou kunnen zijn. Daar heeft de geschiedenis hem toch ingehaald.
(3) Dat is betwistbaar gezien de zoutmarsen e.d.
(4) In het engels, de "Quit! India! Movement" waarbij de Congress-partij, op instigatie van, of liever na een toespraak van Gandhi, op 8 augustus 1942 eiste dat de Britten India zouden verlaten.
(5) De heer Lakhani is overigens bekend geworden van zijn werk met betrekking tot de Raja-yoga- en Patán-djali sutras, belangrijke teksten binnen het hinduïsme.
|
| |