In de Suràngama soetra waarin Boeddha zijn attendant Ānanda heel omstandig moet uitleggen waar het in de Boeddha-Dharma - althans in die exegese die zou leiden naar de zen-beleving - om gaat, wordt gezegd dat bodhisattva Manjushri op een gegeven ogenblik medelijden krijgt met Ānanda en voor korte tijd het gesprek met Boeddha van hem overneemt. Daar staat:
"Dit is wat Boeddha Manjushri en de verzamelde menigte verklaarde: Alle Tathāgatas (boeddhas) en Bodhisattva-Mahāsattvas in de tien richtingen zien het als volgt: wanneer ze in de staat van samādhi verblijven zijn het zien, de [er aan voorafgaande] oorzaken en alle denkbare vormen als bloemen aan de lucht - die naar waarheid niet bestaan. Dit zien, en de er aan voorafgaande oorzaken zijn in essentie de diepe, zuivere en heldere substantie van Bodhi [verlichting]; hoe zou daarin [in die samādhi] een 'zijn' of 'niet-zijn' kunnen schuilen!"
Deze pagina is er een op de site www.buddha-dharma.nl
www.buddha-dharma.nl is eigendom van White Jade River, Instituut voor Boeddhisme
|
|