Uit het archief van www.buddha-dharma.nl






PAGINA 2, BODHGAYA

Dharmapala




Op 13 februari 2012 werd bekend dat een advocaat genaamd Vineet Dhanda een public interest litigation (PIL) had ingediend bij het Hooggerechtshof in New Delhi (spr.: Viniit). In dat stuk, waarin gevraagd werd de Grondwetgevende wet opnieuw te onderzoeken, werd gesteld dat sectie 3 van de Bodh Gaya Temple Act uit 1949 ongrondwettelijk is in die zin dat niet volgehouden kan worden dat het per definitie een hindu moet zijn die voorzitter is van het Mahābodhi-bestuur. Indien een dergelijke opvatting zou worden volgehouden, zo stelde Vineet Dhanda, dat zou daarmee geweld worden aangedaan aan Grondwetsbepalingen 25 en 26 waarbij volledige vrijheid van religie wordt gegarandeerd, en waarin staat (bepaling 26) dat individuen en gemeenschappen het fundamentele recht hebben hun eigen religieuze of levensbeschouwelijke zaken te regelen.
In mei 2012 wees het deelstaatbestuur een bestuurswijziging, ingediend door de National Commission for Minorities (NCM) nog af, maar op 21 september 2012 zette het Indiase Hooggerechtshof de PIL waarin wordt gevraagd dat boeddhisten inderdaad de enigen zullen zijn die het bestuur over de tempel zullen kunnen vormen op de agenda. Het besluit werd meegedeeld aan het landsbestuur, aan het deelstaatbestuur van Bihar, en aan de Archaeological Survey of India (ASI).
De voorzitterswisseling werd rond 1 juli 2013 urgent. Rond die datum werd bekend dat ook het Gaya-districtsbestuur een voorstel bij de National Commission for Minorities had neergelegd, met hetzelfde verzoek.
Na het aantreden van de indiase regering Modi-II kwam binnen hindu-kringen de discussie over de genoemde wet op gang. In 2019 was het zover dat men eiste dat de overheid het bezit over de hindutempels zou overdragen aan de besturen van deze tempels waarin zowel gelovigen als priesters zitting hebben. Zou zo'n eis ingewilligd worden, dan zou men er niet aan ontkomen ook de Mahābodhi over te dragen aan het gekozen-benoemde tempelbestuur.

In de laatste weken van 2025 barstte de bom: monniken en hun aanhangers belegden een hongerstaking teneinde de eis kracht bij te zetten dat de tempel en het terrein volledig onder boeddhistisch bestuur zou komen te liggen. Op 8 april van dat jaar werd met enig onzacht vertoon aan die hongerstaking een eind gemaakt. Dat nam niet weg dat boeddhistische organisaties, vooral uit het Himalaya-voorgebergte zich solidair verklaarden met de Bodhgaya-monniken.
Op zijn bliksembezoeken aan Thailand en Sri Lanka, 4 en 5 april 2025, tijdens welke bezoeken door India's Premier sterke nadruk werd gelegd op het gedeelde boeddhistische erfgoed, werd, althans in het openbaar, geen woord gewijd aan de Mahābodhi-kwestie, terwijl hij toch een bezoek bracht aan de Srilankaanse Mahābodhi-tempel te Anrudadha-pura. Het zou opgevat kunnen worden als een diplomatieke blunder.

Op zijn reis
naar India werd Dharmapala vergezeld door Ven. Rambukwélle Siddhàrtha. Deze monnik, wiens leven nauwelijks beschreven is, werd geboren op 12 december 1889 en overleed op 8 november 1941. In Kolkata kwam hij onder de invloed van Rabindranath Tagore, dichter en filosoof die de taal van Bengalen als geen ander beheerste, en die een soort wereld-levensbeschouwing had uitgedacht, in dezelfde tijd waarin een aantal andere van zijn landgenoten, en overigens ook filosofen uit bijv. Duitsland, hiermee bezig waren. Tijdens het leven van Ven. Rambukwélle Siddhàrtha was de studie en kennis van het Sinhala op zijn hoogtepunt, en deze monnik, die zijn opleiding aan de monniksuniversiteit en in Kolkata (Calcutta) had ontvangen was een van diegenen die daar uitgebreid over doceerde. Om het helemaal compleet te maken, hij doceerde Sanskriet, Pāli en Sinhalees, hoewel hij ook kritiek ontmoette op zijn kennis van de grammatica van genoemde talen.
Een foto die in de dertiger jaren van de 20ste eeuw genomen moet zijn toont de staf van de toenmalige University of Ceylon. Op de eerste rij zitten pontificaal de britse docenten en bestuursleden, en daarachter staan de indigenen, onder wie Ven. Rambukwélle Siddhàrtha. Zo waren die tijden. Niettemin was dit ook een tijd waarin een zekere vorm van nationaal bewustzijn groeide, en de wens tot onafhankelijkheid van Sri Lanka toenam.

Terug naar pagina 1




bijlage: 2025, bestuurskwestie en hongerstaking


Terug naar
de Bodhgaya-pagina

de India-pagina
de archiefpagina | de Soetraspagina



Deze pagina is er een op de site www.buddha-dharma.nl
www.buddha-dharma.nl is eigendom van White Jade River, Instituut voor Boeddhisme