|
Hoewel reeds in de vroege Kleine Voertuig-teksten manuscripten voorkomen waarin Boeddha niet spreekt tenzij iemand hem vragen stelt, is het in het merendeel der mahāyāna-geschriften gebruikelijk dat de tekst is opgebouwd op een vraag-en-antwoord stramien - zo ook de Lanka. De Indoloog Gavin Flood volgend moet gezegd worden dat dit gebruik in het hinduïsme pas vaste regel werd met de zuidelijke tantras, en wel vanaf de zesde eeuw. De Lanka, niet ouder zijnd dan in ieder geval de zesde eeuw, volgt hierin dus wellicht een "moderne" trend, en geeft daarmee latere generaties boeddhisten aanleiding te menen dat slechts de woorden van een door Boeddha's kracht geinspireerde guru een zekere canonieke waarde gegeven kunnen worden.
HET THEOLOGISCHE DEBAT
Binnen het boeddhisme is het gebruikelijk dat men zich niet mengt in het theologische debat, onder het motto dat zo'n debat wel veel hitte genereert, maar geen of weinig licht. De Lanka maakt hierop een uitzondering. De reden daarvoor zal geweest zijn dat in de ontstaanstijd van dit canonieke geschrift een aantal indiase filosofische systemen, zoals de Sánkhya, maar zeker de advaita-vedanta, er waren met het specifieke doel de Boeddha-Dharma ofwel te incorporeren in het eigen systeem, ofwel te bestrijden. Wat we in beide divisies van de Lanka zien is een gerichte poging hier het hoofd aan te bieden. Men zou vandaag kunnen denken dat deze discussie, die, globaal, tussen de zesde en de achtste eeuw plaatsvond, nu geen relevantie meer heeft. Ze heeft er echter toe geleid dat respectieve Enkel-Bewustzijn-representanten zich genoopt voelden om heel precies, in groot detail, op te tekenen wat dit aspect van de Boeddha-Dharma dan wel was. Dat is dan het positieve effect van debatten die op zichzelf niet erg getuigen van een stille vrede. Eenmaal de Lanka voorhanden moest er een keus gemaakt worden tussen wel of niet vertalen. De keus is op het eerste gevallen omdat wat tussen de debatten door over de enkel-bewustzijnsleer wordt gezegd vandaag nog net zo relevant is als toen - zeker wanneer we kijken naar het materialisme van een lokāyata-trend - geen transcendentie, maar wel een zelf - die vandaag in het Westen door velen herkend zou worden.
DE GELEERDEN
India is een van die landen waar debatteren over religie en filosofie heel gewoon is. Voor dat deel van de bevolking dat aandacht kan schenken aan religie en spirituele bevrijding, over het algemeen in de vorm van bevrijding uit de kringloop van leven en dood, is het nog steeds levensbelangrijk de juiste levensvisie te ontwikkelen, danwel aan te hangen. Immers, eenmaal de juiste visie op leven en wereld ontdekt zijn lijden en dood ontkracht.
De Lanka gaat uitgebreid in op de stellingen der Nyāya, Sánkhya, Vaishésika, die met name genoemd worden, en, in het derde hoofdstuk, de Lokāyata, eveneens genoemd, maar niet het bovengenoemde Mimāmsā, die naam moet eveneens gelijkgesteld worden met het in de Lanka zo genoemde "de geleerden".
Waar de liefde van de auteur der eerste twee hoofdstukken lag is overduidelijk. Hier sprak een door-en-door Vijñānavādin (spreek: viedj ñána), iemand die de enkel-bewustzijn-leer vertegenwoordt. Vijñānavāda wordt ook wel Yogacāra (liefde voor de meditatieve praktijk) genoemd, of valt daar op een gegeven moment mee samen. (De Yogacāra was overigens de eerste die China bereikte, nog voor de Perfectie-van-Wijsheid-geschriften.) In het Nederlands noemen we dit conglomeraat van Vijñānavāda en Yogacāra "Enkel-Bewustzijn."
Lanka's successieve auteurs, allemaal tot deze stroming behorend, moeten immense waardering hebben gehad voor de geleerde vijfde-eeuwse monniken Āsanga en Vasubhandhu. Āsanga werkte de Yogacāra-Vijñānavada-filosofie verder uit, en Vasubhandhu, de samensteller van de eerder-genoemde mahāyāna-Abhidharma, voegde zich bij hem, hetgeen leidt tot de volgende overwegingen:
|
Vertaling: bhiksuni Ratana.
Deze pagina is er een op de site www.buddha-dharma.nl
www.buddha-dharma.nl is eigendom van White Jade River, Instituut voor boeddhisme
|
|