Het klassieke Sanskriet geeft
mándala als "cirkel, rond", maar ook als "een menigte", "groep", "collectie", "geheel of totaliteit" en "gemeenschap" (Ya1jn5. MBh. Ka1v.). De wikipagina over mándala meldt dat de gehele
Rgveda, waarschijnlijk het oudste werk uit het hinduïsme of pré-hinduïsme,
mándala wordt genoemd. Maar het is slechts een van de tien onderdelen van de Rgveda die letterlijk die aanduiding krijgt, in de zin van "collectie" of "groep".
Dat het woord mándala omschreven wordt als een vorm van
yantra ligt hierin dat volgens het Monier-Williams woordenboek
yantra — vandaag de kunstzinnig weergegeven theorie — wordt voorgesteld als een "mystiek diagram dat verborgen krachten zou bezitten". En dan wordt het op de wikipagina geïllustreerd met een vierkant-ronde mándala.
Het zuidelijke of Pāli-boeddhisme kent het woord mándala niet, tenzij in uit het moderne
hindi geleende namen als "Boudha Sahitya Prasarak Mandal", een boeddhistische vereniging, gemeenschap (
mándal) in de Indiase plaats Nashik.
De oudste voorbeelden van de mándala, in kunstzinnige, dus "yantrische" vorm, zijn aangetroffen in de Mogao-grotten te Dunhuang in West-China, maar ook in Japan. Deze worden gedateerd op de negende eeuw. ("The Silk Route and the Diamond Path:" etc., D. Klimburg-Salter, 1982.)
Te Alchi in het Ladakh dat in het verre verleden nu eens autonoom was, en dan weer was ingenomen door vorsten vanuit Tibet, in de Dukhang gompa, bevinden zich, voor die regio, en voor het Himalaya-boeddhisme, de oudst bewaarde mándala: "de zeven mándala van
Vairocana,
Manjushri, en
Prajñā-paramitā". (Klimburg p. 115)
De Dukhang werd gebouwd tussen de jaren 1175 en 1200 en was of is gewijd aan het vajrayāna-boeddhisme. Vairocana en Manjushri zijn in die leeropvatting boeddhas, en Prajña-paramitā, Perfectie van Wijsheid, een van de eerste voluit mahāyāna-geschriften, is in deze latere vajrayāna-trend een mens van vlees en bloed geworden, een onmiskenbaar vrouwelijke figuur, indachtig het gegeven dat wijsheid (
prajña) in veel talen — zie ook het latijnse
sapientia — een vrouwelijk woord is.
In architecturale vorm wordt de boeddhistische invulling van het begrip mándala voor het eerst aangetroffen in de grottempels te Ellora in Centraal-India die werden aangelegd tussen de jaren 470 tot 730. Er is dan sprake van onderandere de
Ashta-bodhisattva mándala
In grot 12 van het Ellora-complex zijn ieder van de drie verdiepingen ingericht als mándala met een boeddhabeeld in het midden, en bodhisattvas op ieder van de vier grote windrichtingen. Deze architecturale invulling is later overgenomen in een aantal tempels (
gompa), zoals de
Tabo dukhang in Ladakh die in het jaar 996 werd gebouwd. ("The Cultural Heritage of Ladakh", D.L. Snellgrove en T. Skorupski, 1977-1980).
Dit historisch overzicht toont dat er, net als in de verspreiding van de
iconografie, respectievelijk een nieuwe schriftsoort in Mongolië, er ook vroeger sprake is geweest van trends, plat gezegd, mode. Te beginnen met de Ellora-voorbeelden is het thema mándala het boeddhisme binnengehaald, en is de bouw van de tiende-eeuwse Borobudur een vorm van nieuwe, of vernieuwende architectuur geworden.
Zie voor de waarschijnlijke inspirator van tibetaanse mándala-makers de woorden over Vajra-bodhi